donderdag 16 oktober 2008

Uit het DAGBOEK van Anna-Maria del Campo


Vergankelijkheid in het
Willemskwartier


Hoeveel liefdesbrieven zijn hierdoor gegleden? Geboortekaartjes, overlijdensberichten, belastingaanslagen. Ik leg mijn oor tegen de gleuf. Belachelijk natuurlijk. Het is een brievenbus die aan de buitenkant van de gevel zit. Er is geen directe verbinding met het leven binnen.
Het leven, dat is verdwenen. ‘God has abandoned this house’, staat in graffiti gespoten op een verlaten woning. Op één huis na, zijn drie vooroorlogse straten in het Willemskwartier dicht getimmerd. Klaar voor de sloop. Alleen de lantaarnpalen staan nog fier overeind. Ze verspreiden hun harde licht over de omgewoelde tuintjes. Heesters liggen met de wortels in de lucht in het zand. Dood. Het onkruid tiert welig, maar heeft geen schoonheid.
Voor alle ramen en deuren zijn dezelfde ijzeren roosters gespijkerd. De blauwe huisnummerbordjes van de woningcorporatie zijn weggehaald. Met witte verf zijn de arbeiderswoningen slordig genummerd. De gevels zijn identiek. Alsof er geen individuen achter gewoond hebben. Alsof er nooit verhuisfeestjes gevierd zijn en alle schilder- en behangklussen niet hebben plaatsgehad.
Het Willemskwartier was nimmer mijn wijk. Ik woonde een paar blokken verderop. Toch stemmen de uitgestorven straten me triest. Ik voel mee met de vertrokken bewoners en met de achtergebleven muren. Dit is vergankelijkheid.
De brievenbus waar ik met mijn fiets tegenaan leun, geef ik een zacht klopje. Het kastje trok mijn aandacht omdat er een krant bovenuit stak. Verkeerd bezorgd, waarschijnlijk. Alleen op nummer negen hangt de luxaflex nog en brandt een schemerlamp.
Ik moet de neiging onderdrukken even langs te gaan. Voor een kopje koffie bij echte Willemskwartierders. Nu het nog kan.

Geen opmerkingen: