Al tien jaar blijkbaar een must voor bepaalde kringen in de stad: het Nijmeegs dictee. Al jaren het gevoel dat het Nijmeegs dat daar gepropageerd wordt niet bepaald de taal is die ik dagelijks om mee heen hoor. Het daar gehanteerde Nijmeegs is een beetje boers, een beetje jaren vijftig. Wat je in ieder geval moet zeggen, het is een ernstig gekuist Nijmeegs. Luister maar eens op straat, Nijmegenaren zijn net Hagenezen; de krachttermen vliegen je om de oren!
Maar goed, het Dictee 2008 bevatte enkele storende fouten.
Stieken, betekent niet gewoon geven, maar vals spelen bij het delen van de kaarten tijdens een potje toepen bijvoorbeeld.
Knoaje is geen Nijmeegs. Het is gewoon kaaien, oftewel er tijdens je werk een zooitje van maken.
Treuzelen bij het eten zou tette moet zijn, maar dient gewoon tetteren te heten.
Het woord strijerig heeft totaal niet de betekenis van weerzinwekkend. 'Moet je weer strijen', betekent gewoon 'moet je weer discusieren?' en dan in de betekenis, 'ben je weer tegen de keer in?'
Maar goed, er was ook weer een mooi Nijmeegs woord aan de vergetelheid ontrukt: Lusepoten, oftewel lucifers.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten