zaterdag 12 juli 2008
Uit het DAGBOEK van Anna-Maria del Campo
Een militair kan
ook breken
Oud-Vierdaagse-marsleider Wim Jansen was een uiterst correcte man. Klein van stuk, maar een echte militair.
‘Hedenmiddag, om zestienhonderd uur…’ Dat was het woordgebruik dat hij toepaste in zijn dagelijkse persconferenties op de Wedren. Was hij eerder geboren, dan had hij niet anders gekund dan presentator worden van een polygoonjournaal. Precies zo’n stem had hij.
Als Wim Jansen zijn standaard praatje tegenover de media – ‘ideale weersomstandigheden , 385 uitvallers’ - had gehouden, wandelde hij steevast naar het balkon met uitzicht over de lopers om zijn pijp te stoppen. Zijn mond had zich inmiddels naar die pijp gevormd. De marsleider hoefde zijn lippen niet te bewegen om het ding er tussen te schuiven. Dat ging vanzelf.
Eén keer ontmoette ik Wim Jansen ’s nachts. Het was 19 juli 2006, driehonderd uur. Ik kwam uit de feestende stad. Fietste langs de verlaten Wedren.
Zou hij er nog zijn, vroeg ik me af. Stilletjes besteeg ik de ijzeren trap naar de witte perstent. Ik schoof mijn hoofd om de hoek en jawel, daar zat hij.
Moe, doodmoe.
Onderuit gezakt op een stoel aan een lange tafel. Alsof hij zijn bepakking had afgedaan, de legerkisten in de gang had gezet en de groene pet op de kapstok had gehangen. Hier zat geen militair. Hier zat een gebroken man.
Twee doden waren er die dag gevallen in zijn peloton. Bezweken aan de hitte. De wandelmars was afgelast.
Híj had het nieuws moeten brengen. Aan de brutale journalisten, aan de verslagen deelnemers en aan de nabestaanden.
Wim Jansen sliep die nacht niet. Hij bleef op het slagveld. Zodat hij de enkele wandelaar die zich ’s ochtends onwetend zou melden aan de start, persoonlijk kon toespreken.
Hij had nog een paar uur de tijd om weer in de houding te gaan staan.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
1 opmerking:
If im in the situation of the owner of this blog. I dont know how to post this kind of topic. he has a nice idea.
Een reactie posten