vrijdag 12 september 2008

We hebben hem!


Hoe vang je een boef? We doen het één keer voor.
Je gaat met een collega, die ook zo’n stoer pak aan heeft waarin je je een echte pliesie voelt, de straat op. Een vliegende vogel vangt altijd wat, nietwaar. ‘Wie schrijft, die blijft’, zegt je chef altijd. En het is al half elf en nog geen bekeuring uitgeschreven, dus de tijd dringt.

Hé, een hijskraan? Zie je wel! Je stapt op de nietsvermoedende burger af die ’m voor veel geld heeft gehuurd en vraagt hem naar een vergunning. Maakt niet uit welke. De brave borst weet uiteraard van God noch zure peren: kat in het bakkie. De verkeersveiligheid is in gevaar, houd je de onverlaat voor, en daar helpt alleen een vergunning aan. En ja, nu ben je wel toezichthouder, maar toezicht houden zodat er niemand op de kraan botst, dat is niet bedoeling.

Je gaat opnieuw koffie drinken op kantoor. ‘Opschalen’, zegt de chef, die er verstand van heeft. Dus ga je terug met vier man, met zes man en uiteindelijk met ook nog twee echte pliesies erbij; gezellig in een kringetje om hem heen. Inderdaad: het werkt de boef op zijn zenuwen en hij gaat in de fout: ‘Potjandosie nog an toe, mevrouw.’ Ha, belediging! Enkeltje politiecel.
‘En?’, vraagt de chef. De tv-beelden dringen zich op van Paul Bremer toen die meldde dat Sadam Hoessein was opgepakt: ‘We hebben hem, chef!’ Het is een lange dag geweest. Moe maar voldaan ga je naar huis, wetend dat de stad weer rustig kan slapen.

Geen opmerkingen: