maandag 25 augustus 2008

De column van Javier de Fresnos


Gelukkig zijn die Olympische Spelen bijna afgelopen. In den beginne is het natuurlijk best leuk al die sportieve rariteiten, maar na twee weken is het wel genoeg geweest met die enorme hoeveelheid zogenaamde topsport.
BMX-fietsen, zwemmen in open water, paardendansen, pingpongen, pluimpjebal, strandvolley, olieworstelen, rondjes rijden op een fiets zonder remmen, pijltjesschieten, kogelwerpen, en niet te vergeten het ‘snelwandelen’. Allemaal heel leuk voor de deelnemers, maar als tv-consument ben je blij dat je er maar eens in de vier jaar naar kunt kijken. Wat een treurnis, al die jonge mensen die jaren lang hun hele leven opzij zetten om als snelste door een waterbak te hollen.
Ondertussen stikt het in Peking van de Nederlandse hotemetoten. Niet alleen uit het bedrijfsleven, maar ook uit de landelijke, provinciale en zelfs lokale politiek. Naar verluidt zouden er meer dan 100 wethouders en burgemeesters zijn afgereisd, op kosten van de belastingbetaler. Officieel om hun stad of regio te promoten, maar een ieder weet beter. Een beetje sport kijken, een lichte lunch, een stadswandeling, nog een keer eten en vervolgens in het Holland Heineken Huis lekker dronken worden en de beest uit hangen.
Nijmegen profileerde zich met zo’n tien deelnemers als een echte sportstad. De rest van Gelderland kon daar een puntje aan zuigen. Maar goddank zijn de Nijmeegse politici massaal thuisgebleven. Een pluim wegens geen Peking voor Depla en co, dat mag ook wel eens gezegd worden. En vrijdag alle aandacht voor echte sport: de loting voor de Uefacup, met ‘ons’ NEC als trotse deelnemer.
Hoe is het eigenlijk met de sport in Arnhem?

Geen opmerkingen: